Bij een badkoets - Anna van Ro

Badkoets - James Ensor
James Ensor, Public domain, via Wikimedia Commons

We zaten op een terras aan de Koninklijke Gaanderijen. Hij nipte van zijn wijn terwijl hij de passerende toeristen in het oog hield. Het was er op deze warme nazomerdag ongemeen druk.

‘Ik hou niet van dat gewoel,’ zei hij met een hoofdgebaar richting dijk en strand.
‘Kijk naar die gezichten, dat lawaai, dat gejoel. Die verwrongen tronies.
Demonen zijn het ! De massa is wreed en onbetrouwbaar, onbehouwen, rauw en dom. Het is een veelkoppig monster dat gromt en bijt. Dat alles opvreet en de beenderen achterlaat. Je moest eens zien hoe Oostende erbij ligt aan het einde van de zomer: vervreemd, verkracht. Een oude hoer na een veel te lange werkdag.’

Ik wist niet goed wat te zeggen, na deze tirade.
‘Er is vandaag wel heel veel volk,’ probeerde ik zwakjes.

Hij schonk mijn glas bij en keek me indringend aan.
‘La foule, la presse, the mob … ik heb er een diepe angst voor. Laat mij maar liever aan de kant hier. Als toeschouwer. Dan voel ik me goed.
Gelukkig komt het winterseizoen eraan. Binnenkort. Rust en kalmte. De woeste eenzame schoonheid van de grijze zee….’


Reacties

Het Mystiek Actie Front MAF!